Medicijnen voor ADHD worden doorgaans ingezet om kernsymptomen zoals aandachtsproblemen en hyperactiviteit te verminderen. Nieuw onderzoek, recent gepubliceerd in BMJ, laat echter zien dat de voordelen veel breder reiken. Zo blijken patiënten die ADHD-medicatie gebruiken minder kans te hebben op suïcidaal gedrag, middelenmisbruik, verkeersongevallen en zelfs crimineel gedrag.
Breder effect dan gedacht
Eerdere klinische studies toonden al aan dat stimulerende middelen en atomoxetine effectief zijn tegen de primaire ADHD-symptomen. Toch bleef de vraag bestaan of dit ook leidt tot tastbare verbeteringen in het dagelijks leven. Volgens hoofdonderzoeker Zheng Chang, verbonden aan het Karolinska Instituut in Stockholm, laat de nieuwe studie zien dat medicatie daadwerkelijk bijdraagt aan een bredere maatschappelijke en persoonlijke winst.
De onderzoekers analyseerden gegevens van 148.581 mensen tussen 6 en 64 jaar die in Zweden tussen 2007 en 2020 een nieuwe ADHD-diagnose kregen. Ongeveer 57% startte binnen drie maanden na de diagnose met medicatie, waarbij methylfenidaat (bekend van onder meer Ritalin) het vaakst werd voorgeschreven (88,4%).
Duidelijke risicoreducties
De resultaten zijn opvallend. Het gebruik van ADHD-medicatie ging gepaard met een:17% lager risico op suïcidaal gedrag; 15% lager risico op middelenmisbruik; 13% lagere kans op crimineel gedrag en 12% minder kans op verkeersongevallen.
Voor ongevallen in het algemeen werd geen significante vermindering gevonden. Wanneer echter gekeken werd naar mensen die meerdere malen dergelijke problemen ondervonden, bleken de positieve effecten van medicatie nog sterker. Zo daalde bij deze groep het risico op criminaliteit en middelenmisbruik met 25%, het risico op verkeersongelukken met 16%, en het risico op suïcidaal gedrag met 15%. Zelfs het aantal herhaalde ongelukken lag iets lager.
Opzet van het onderzoek
De onderzoekers gebruikten target trial emulation om het effect van medicamenteuze behandeling van ADHD op vijf uitkomsten te onderzoeken. Ze includeerden alle Zweedse inwoners van 6-64 jaar die tussen 2007 en 2018 voor het eerst een ADHD-diagnose kregen en sloten eerdere gebruikers uit door alleen mensen te nemen die in de 18 maanden vóór de diagnose geen ADHD-medicatie hadden gekregen. Voor analyses over criminaliteit en verkeersongevallen werd gekeken naar een subgroep van 15-64 jaar.
Er weren twee behandelstrategieën vergeleken:
- Start en continueren van ADHD-medicatie binnen drie maanden na diagnose.
- Geen medicamenteuze behandeling tijdens de follow-up.
De focus lag op het effect van doorlopende behandeling gedurende maximaal twee jaar, omdat vroegtijdig stoppen met medicatie vaak voorkomt. De onderzochte geneesmiddelen omvatten o.a. methylfenidaat, amfetamine, lisdexamfetamine, atomoxetine, dexamfetamine en guanfacine.
Onderzoek bij complexe interventies: target trial emulation
Wat dit onderzoek bijzonder maakt, is de gebruikte methode: zogeheten target trial emulation. Daarmee bootsen onderzoekers een gerandomiseerde klinische trial na met behulp van observationele data. Dit vermindert vertekeningen die in traditionele observationele studies vaak optreden.
Target trial emulation wordt vaak ingezet bij complexe interventies: interventies die uit meerdere deel-interventies bestaan of wanneer interventies niet tot in detail protocollair gedefinieerd zijn. Zo bestaan leefstijlinterventies vaak uit voedingsadviezen en een bewegingsprogramma, die beiden niet tot in detail zijn vastgelegd in een protocol. In de gangbare onderzoeksmethode, de Randomized Controlled Trial (RCT) kunnen echter wel degelijk grenzen worden gesteld aan de toegestane variatie.
In de recente epidemiologische literatuur is er daarom veel aandacht voor het analyseren van observationele data alsof het een RCT zou zijn: de ‘target trial emulation’. Deze nabootsing van een hypothetische RCT kan bepaalde vragen beantwoorden als praktische of ethische bezwaren een RCT onmogelijk maken.
De kracht van dit ontwerp is dat het resultaten oplevert die dichter bij de realiteit van de dagelijkse praktijk staan. Gerandomiseerde trials sluiten immers vaak de helft van de mensen die in de echte wereld ADHD-medicatie gebruiken uit, waardoor de toepasbaarheid beperkt is.
Kanttekeningen bij het onderzoek
Ondanks de veelbelovende resultaten zijn er ook beperkingen. Zo bevatte het onderzoek geen gegevens over psychologische behandelingen of precieze medicatiedoseringen. Ook is onbekend of alle patiënten de voorgeschreven medicatie daadwerkelijk innamen. Daarnaast werden leefstijl en ernst van ADHD niet meegenomen.
Volgens deskundigen is dit onderzoek echter een “mijlpaal” omdat het voor het eerst aantoont dat ADHD-medicatie brede gezondheids- en gedragsvoordelen kan hebben op bevolkingsniveau. Andere experts plaatsen kanttekeningen, maar erkennen dat de studie belangrijke nieuwe inzichten biedt.
Waardevol onderdeel van de zorg
ADHD-medicatie blijkt niet alleen effectief in het verminderen van hyperactiviteit en aandachtsproblemen, maar ook in het verlagen van risico’s die een grote impact hebben op zowel het individu als de samenleving. Hoewel vervolgonderzoek nodig is om de bevindingen verder te verfijnen, benadrukt deze studie het belang van medicamenteuze behandeling als een waardevol onderdeel van de zorg voor mensen met ADHD.
Le Zhang et all: ADHD drug treatment and risk of suicidal behaviours, substance misuse, accidental injuries, transport accidents, and criminality: emulation of target trials.
BMJ 2025;390:e083658
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.







