Europa moet waakzaam zijn om een mogelijke opioïdencrisis de baas te kunnen. Er verschijnen steeds vaker zeer sterke nieuwe stoffen en mengsels van drugs op de markt. Dat schrijft het Trimbos Instituut, op basis van het Europees Drugsrapport 2024 dat afgelopen maandag is verschenen. Het rapport is opgesteld door het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EMCDDA), waaraan het Trimbos-instituut rapporteert als focal point, samen met het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC) over ontwikkelingen in de drugssituatie in Nederland. aan het EMCDDA, Dit gebeurt in opdracht van het ministerie van VWS en het ministerie van Justitie en Veiligheid. De gegevens vormen de basis voor de diverse rapportages van het EMCDDA.
Het rapport samengevat:
* Er is een toenemend aantal vergiftigingen en sterfgevallen na gebruik van nieuwe synthetische opioïden gerapporteerd in een aantal Europese landen. In Europa is een verhoogde waakzaamheid geboden.
* De cannabismarkt in Europa verandert door nieuwe cannabisproducten. Een aantal van deze ontwikkelingen zien we ook in Nederland.
* Vergeleken met andere EU-landen kent Nederland nog steeds het hoogste percentage laatste jaargebruikers van ecstasy en cocaïne.
Dreiging sterke synthetische opioïden
Heroïne is nog steeds de meest gebruikte illegale opioïde in Europa. Dit in tegenstelling tot de Verenigde Staten, waar er sprake is van een crisissituatie rondom het gebruik van andere, synthetische, opioïden, zoals de sterke pijnstillers fentanyl en oxycodon.
Maar verhoogde waakzaamheid in Europa is geboden. Afgelopen jaar is er een toenemend aantal vergiftigingen en sterfgevallen gerapporteerd in het Verenigd Koninkrijk, Ierland, Frankrijk en de Baltische staten na gebruik van zogenaamde nitazenes. Dat zijn ‘nieuwe synthetische opioïden’ met een extreem sterke werking, die geen medicinale toepassing kennen. Sommige van deze middelen zijn 500 keer sterker dan heroïne.
Bij de meldingen van gezondheidsincidenten ging het niet alleen om bewust gebruik van nitazenes; ook werden deze stoffen aangetroffen in heroïnemonsters of nepmedicijnen, bijvoorbeeld benzodiazepines, of tabletten oxycodon en buprenorfine. Het EMCDDA meldt in totaal 148 sterfgevallen uit vijf landen waarbij nitazenes waren aangetroffen; vermoedelijk is dit een onderschatting.
Reden tot zorg is dat de meeste heroïne in Europa uit Afghanistan komt en dat in april 2023 de Taliban de teelt van papaver aan banden heeft gelegd. Volgens satellietbeelden is de productie inmiddels dramatisch gekelderd en bestaat de kans op een tekort. Dit kan komende jaren – als de voorraden op zijn – merkbaar worden in versneden heroïne of vervangende middelen.
Op dit moment spelen nitazenes in Nederland nog geen rol op de gebruikersmarkt. Wel nam in het afgelopen decennium het gebruik van ‘sterke pijnstillers’ of medicinale opioïden, zoals oxycodon, toe.
Volgens Margriet van Laar, hoofd programma Drugs, vragen deze ontwikkelingen alertheid: ”Nederland heeft een goed ontwikkeld drugsmonitoringsysteem. Bepaalde groepen kwetsbare drugsgebruikers zijn echter onvoldoende in beeld, bijvoorbeeld omdat zij hun drugs niet laten testen of niet in het zicht zijn van de huidige zorg en harm reduction diensten. Juist in deze groepen is het risico op gebruik van dergelijke middelen aanwezig.”
Hulpvraag verslavingsproblematiek
Ondanks dat het EMCDDA dreigende ontwikkelingen signaleert door nieuwe psychoactieve stoffen, leiden ‘traditionele’ drugs nog steeds tot de grootste schade. Cannabis, opioïden (met name heroïne) en cocaïne zorgen voor de grootste volksgezondheidsproblematiek en hulpvraag richting verslavingszorg. Zo had ruim een derde (36%) van ruim 283 duizend drugscliënten die in 2022 in de EU, Noorwegen en Turkije werden ingeschreven bij de verslavingszorg een cannabisprobleem. Hierna volgden opioïden (25%), cocaïne (23%) en amfetamine (9%). Ook in Nederland zien we dat cannabis van alle drugs de meest voorkomende drugsproblematiek is in de verslavingszorg, gevolgd door cocaïne en opiaten, en op afstand gevolgd door amfetamine.
Naar schatting 6400 mensen zijn in 2022 overleden door een drugsoverdosis, veelal door het gebruik van opioïden in combinatie met andere middelen. Hoewel heroïne nog steeds een belangrijke rol speelt bij de drugssterfte, signaleert het EMCDDA dat in sommige landen andere (medicinale en synthetische) opioïden de overhand krijgen. Ook steeg afgelopen jaren in Nederland het aantal sterfgevallen waarbij opioïden als doodsoorzaak was geregistreerd. Onbekend is om welke opioïden het gaat, heroïne of ook medicinale opioïden.
Veranderende cannabismarkt
Vergeleken met andere landen bevindt Nederland zich samen met Spanje, Italië, Frankrijk, Tsjechië en Kroatië in de bovenste regionen als het gaat om het percentage mensen van 15-64 jaar dat in het afgelopen jaar cannabis heeft gebruikt. Dat ligt tussen 10 en 11%. Als het gaat om het (bijna) dagelijks gebruik van cannabis – een risicofactor voor verslaving – dan gaat Spanje met 3,3% van de bevolking van 15-64 jaar aan kop. In Nederland en Frankrijk is dat 1,9% en in Italië 1,7%.
Het EMCDDA signaleert dat de cannabismarkt in Europa aan het veranderen is. Zo wordt de hasj in Europa steeds sterker en komen er nieuwe cannabisproducten beschikbaar, zoals extracten met een hoog gehalte THC (de belangrijkste psychoactieve stof in cannabis), ‘edibles’ en (semi)synthetische cannabinoïden.
Een aantal van deze ontwikkelingen spelen ook in Nederland. Zo nam in de afgelopen 10 jaar het gemiddelde THC-gehalte van geïmporteerde hasj die in coffeeshops wordt verkocht geleidelijk toe van circa 15% naar circa 25%. Dat heeft vermoedelijk te maken met veranderingen in de cannabisteelt in Marokko.
Zogenaamde ‘edibles’, eetbare producten waar cannabis in verwerkt is, zoals spacecake, koekjes of drankjes, worden ook in Nederland verkocht. Maar veruit de meeste gebruikers roken hun hasj of wiet in een joint met tabak. In 2022 nam 2% van de laatste-jaar-gebruikers nam hun cannabis altijd of meestal in voedsel of drank (‘edibles’).
Hexahydrocannabinol (HHC) en varianten hiervan worden ook wel een ‘semisynthetische’ cannabinoïden genoemd. HHC is vanaf januari 2024 verboden in 16 Europese landen, maar valt in veel andere landen inclusief Nederland, nog buiten de drugswetgeving. Producten met HHC worden, ook in Nederland, online en in winkels verkocht als legale vervangers voor cannabis, zoals hennep met HHC, vape-pennen met HHC of snoepgoed, zoals HHC-gummies. Vermoedelijk bevatten deze niet altijd (alleen) HHC, maar goed zicht hierop ontbreekt.
In Tsjechië zijn tussen juni 2022 en februari 2024 170 vergiftigingen geregistreerd door HHC. Dit betrof voornamelijk kinderen die deze stof in gummibeertjes binnenkregen. Het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC) zag in 2022 ook een toename in het aantal informatieverzoeken1 over cannabis ‘edibles’ zoals bijv. spacecake en cannabis bevattend snoepgoed. Bij drie van deze gevallen ging het om minderjarigen. Onbekend is of het hier om middelen ging die THC, HHC of andere stoffen bevatten.
Synthetische cannabinoïden worden niet vaak aangetroffen op de Nederlandse gebruikersmarkt, al worden deze stoffen wel geregeld in beslag genomen door de politie (zie Meldpunt Nieuwe Drugs). Het NVIC en de Monitor Drugsincidenten registreerden de afgelopen jaren niet meer dan enkele vergiftigingen met deze middelen per jaar. In gevangenissen komt het gebruik van synthetische cannabinoïden wel vaker voor, al ontbreken precieze cijfers.
Nederland nog steeds koploper in het gebruik van ecstasy en cocaïne
Vergeleken met andere landen in de EU heeft Nederland het hoogste percentage laatste-jaargebruikers van ecstasy en cocaïne. Ook voor cannabis en amfetamine ligt het gebruik in Nederland in de hogere regionen van Europa.
In Nederland had 4,9% van de 15-64-jarigen ecstasy gebruikt; in Ierland was dat 2,7% en Tsjechië 1,9%. Van de jongvolwassen Nederlanders van 15-34 jaar had in 2022 bijna een op de tien (9,8%) in het afgelopen jaar ecstasy gebruikt. Dat is 4,5 keer hoger dan het Europees gemiddelde (2,2%). Het gaat hier om het percentage mensen dat in het afgelopen jaar 1 of meer keer ecstasy heeft gebruikt. Dat zegt niets over de frequentie van gebruik of problematisch gebruik.
Ook qua cocaïnegebruik gaat Nederland met 3% aan kop, gevolgd door Spanje, Ierland en Denemarken (respectievelijk 2,4%, 2,3% en 2,1%). Het gaat hierbij vermoedelijk om gebruikers van “snuifcoke”. Het EMCDDA signaleert ook in sommige landen een toenemend gebruik van de basecoke variant (of crack) onder kwetsbare en gemarginaliseerde groepen harddrugsgebruikers. Ook in Nederland zijn in een aantal steden signalen voor een toenemend crackgebruik, althans deze is meer zichtbaar in openbare ruimten. Het OPAAK onderzoek uitgevoerd door het Trimbos-instituut en Mainline, kan hiervan een beter beeld geven.
Bron: Trimbos Instituut
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.