De ggz in de wetenschap. Willem Gotink bespreekt actuele internationale onderzoeken en inzichten.
Ondanks wereldwijd toegenomen aandacht voor mentale gezondheid, blijkt uit nieuw onderzoek dat slechts 6,9 procent van de mensen met een psychische stoornis of een verslaving een effectieve behandeling ontvangt. Dat concluderen onderzoekers van de Universiteit van British Columbia en Harvard Medical School. De studie is recent gepubliceerd in JAMA-psychiatrie.
De grootste belemmering voor effectieve zorg? Mensen beseffen vaak niet dat ze hulp nodig hebben. Maar ook wie wél hulp zoekt, krijgt lang niet altijd zorg die voldoet aan wetenschappelijk onderbouwde behandelrichtlijnen.
Het onderzoek
In de cross-sectionele studie werden enquêtes afgenomen bij representatieve volwassen van 18 jaar en ouder in 21 landen. De onderzoekers verzamelden gegevens tussen 2001 en 2019 en analyseerden die tussen februari en juli 2024. De prevalentie en behandeling van negen DSM-IV-angst-, stemmings- en middelenmisbruikstoornissen gedurende twaalf maanden werden beoordeeld met het Composite International Diagnostic Interview.
Effectieve behandeling en de componenten ervan werden geschat met kruistabellen. Multilevel-regressiemodellen werden gebruikt om te onderzoeken wat voorspellers waren en tot hypotheses te komen..
Waar gaat het mis?
Volgens de onderzoekers zijn er vier belangrijke stappen in het traject naar effectieve behandeling. Onderweg in dat traject vallen veel mensen uit.
Allereest zag bijna de helft (46,5%) van de mensen die voldeden aan de DSM-criteria voor een psychische stoornis, niet in dat ze hulp nodig hadden.
Van degenen die wel erkenden dat ze een psychisch probleem hadden, nam slechts één derde (34,1%) contact op met het aanwezige zorgsysteem.
Slechts 18,2 % van de mensen die voldeden aan de criteria van een psychische stoornis, zochten dus hulp. De onderzoekers vonden echter dat bij lang niet al die mensen zorg ontvingen: 83% kreeg in ieder geval een basisniveau van zorg. Van deze groep kreeg uiteindelijk 47% een effectieve behandeling.
Door deze uitval in elke stap komt het uiteindelijke percentage mensen (met een aantoonbare psychische aandoening) dat écht effectieve hulp ontvangt uit op slechts 6,9% wereldwijd.
Volgens de onderzoekers geven deze data voor het eerst een concreet beeld van waar mensen afhaken op weg naar effectieve zorg. Volgens hen biedt de studie beleidsmakers wereldwijd een waardevolle leidraad om gericht te investeren in de geestelijke gezondheidszorg. Door inzicht te geven in waar de grootste gaten vallen, kunnen volgens hen middelen effectiever worden ingezet – met mogelijk grote impact op het welzijn van miljoenen mensen.
“Beleids- en financieringsbeslissingen moeten gebaseerd zijn op feiten”, zegt hoofdonderzoeker Daniel Vigo, Volgens hem was dat binnen de geestelijke gezondheidszorg vaak niet het geval. ”Dit onderzoek biedt een blauwdruk voor verandering. We kunnen nu heel precies zien waar het misgaat – en dus ook waar we het verschil kunnen maken.”
De rol van de huisarts
Een opvallende bevinding is dat de meeste mensen die hulp zoeken, dat doen via hun huisarts of eerstelijnszorg. Volgens de onderzoekers is het dan ook cruciaal dat deze zorgverleners beter worden uitgerust om psychische problemen te herkennen en te behandelen – of, wanneer nodig, door te verwijzen naar specialisten. “Het versterken van de competenties van huisartsen is essentieel,” aldus Vigo. “Zij vormen de spil in het systeem, vooral voor milde tot matige klachten.”
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.