Het studiesucces van studenten met autisme is even goed als het studiesucces van hun medestudenten, als er gecorrigeerd wordt op de achtergrondkenmerken leeftijd, geslacht, hoogste vooropleiding en het gemiddelde cijfer wiskunde op de middelbare school en instroomjaar. Dat blijkt uit het onderzoek van wetenschapper Theo Bakker onder studenten van de Vrije Universiteit Amsterdam (VU).
In zijn onderzoek vergelijkt Bakker 101 bachelorstudenten met autisme met circa 2.500 studenten met een andere ondersteuningsbehoefte, zoals dyslexie en ADD/ADHD, en 25.000 studenten zonder ondersteuningsbehoefte. Daaruit blijkt dat autistische studenten zijn vaker man, gemiddeld 1 jaar ouder en hebben vaker een colloquium doctum of staatsexamen gedaan om naar de universiteit te kunnen.
Er zijn geen verschillen tussen studenten met en zonder autisme in gemiddelde cijfers, uitval en het behalen van hun diploma. Wel is er een verschil in studievoortgang wat betreft het afleggen van toetsen. Autistische studenten komen vaker niet naar tentamens dan hun medestudenten. Bakker: “Om in te schatten of een student met autisme vertraging zal opbouwen is het van belang daarnaar te kijken. Het voorbereiden en afleggen van tentamens is een belangrijk aandachtspunt voor hoger onderwijsinstellingen om de ondersteuning van autistische studenten te verbeteren.”
Ware gelijkheid
Een reden dat Bakker studenten met autisme wilden onderzoeken is een uitspraak van de Canadese politiek filosoof Will Kymlicka: ‘Het accommoderen van verschillen is de essentie van ware gelijkheid. Bakker: “Inzicht in het studiesucces van autistische studenten is van belang voor inclusiviteit van alle studenten. Ik heb kwantitatief onderzoek gedaan naar de studievoortgang en het studiesucces van autistische bachelor studenten aan de VU van 2010 tot en met 2016. Tot nu was nog maar op beperkte schaal onderzoek gedaan naar deze studenten. De meeste van deze onderzoeken waren kwalitatief van aard en vergeleken deze studenten meestal niet met hun studiegenoten. Er was dus vrij weinig bekend over autistische studenten, terwijl er wel steeds meer studenten met autisme gaan studeren.”
Grootschalig en meerjarig
Dit is dan ook het eerste grootschalige en meerjarige onderzoek naar autistische bachelor studenten, waarbij hun studieresultaten zijn vergeleken met studenten met en zonder andere ondersteuningsbehoeften. Bakker: “Daarbij heb ik voor het eerst in Europa een administratieve dataset met feitelijke studiedata gebruikt. Mijn onderzoek toont aan dat het beter gaat met autistische studenten dan tot nu toe de indruk was. Ook onderbouwt het welke begeleiding voor deze studenten het beste aansluit bij hun studieverloop.” Bakker onderzocht van zeven cohorten studenten hun achtergrondkenmerken, zoals vooropleiding, leeftijd, geslacht en eindexamencijfers, en hun studieresultaten in de eerste drie jaar van hun studie aan de VU.
Specifieke ondersteuning belangrijk
Voor aanvang van de studie is het vooral van belang studenten met autisme te ondersteunen in hun overgang naar de universiteit en hen te stimuleren om hun autisme kenbaar te maken. In het eerste studiejaar is een goede studiekeuze het belangrijkste aandachtspunt. In het tweede studiejaar is het van belang deze studenten te ondersteunen in het voorbereiden en afleggen van toetsen. In het derde studiejaar komt daarbij, net als voor andere studenten, de aandacht voor het afronden van een afstudeeropdracht.
Meer informatie over het proefschrift
-----------------------------------------------------------------------------------------
Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.
Abonneren kan direct via het inschrijfformulier, opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines.