Narcisme en de gevolgen voor psychotherapie

Narcistische persoonlijkheidstrekken lijken minder gunstig te reageren op psychotherapeutische behandeling. Dit is het resultaat van een Duitse studie met meer dan 2.000 deelnemers die psychotherapie ondergingen. De bevindingen van het onderzoeksteam van het Universitair Ziekenhuis van Jena en de Universiteit van Münster, nu gepubliceerd in het tijdschrift The Lancet Psychiatry (https://www.thelancet.com/journals/lanpsy/article/PIIS2215-0366(23)00293-6/fulltext), kunnen bijdragen aan verdere individualisering van psychotherapie.

Narcisme, het hebben van een sterk gevoel van grootheid, is genoemd naar het figuur uit de Griekse mythologie, Narcissus. Een team van onderzoekers van het Universitair Ziekenhuis van Jena en de Universiteit van Münster in Duitsland voerde een brede studie met meer dan 2.000 patiënten uit om te onderzoeken  hoe narcistische dimensies de behandeling van psychische klachten beïnvloeden. Het onderzoeksteam registreerde hiervoor het niveau van narcistische persoonlijkheidstrekken en depressieve symptomen van de deelnemers vóór en na de behandeling met twee verschillende psychotherapieën.

Het onderzoeksteam ontdekte dat sterke narcistische rivaliteit verband houden met ernstigere depressieve symptomen vóór het begin van de therapie in beide groepen. Hiermee in tegenstelling, was de behoefte bewonderd te worden gerelateerd aan een mindere ernst van depressie.
Maike Richter, eerste auteur van de studie, vat de belangrijkste bevindingen van het onderzoek samen: ”Bij de groep patiënten die cognitieve gedragstherapie kreeg, was narcisme geassocieerd met een mindere respons op de behandeling, zelfs wanneer een narcistische persoonlijkheidsstoornis niet volledig ontwikkeld was.” Met name de dimensie rivaliteit had een negatieve invloed.

Narcisme beïnvloedt de therapeutische relatie

In de behandeling met psychoanalytisch-interactieve therapie, die speciaal is ontwikkeld voor mensen met moeilijkheden in interpersoonlijke relaties, werden echter geen nadelige effecten van narcisme op de behandelingsrespons gevonden. De onderzoekers vermoeden dat dit verschil tussen de behandelmethoden te wijten is aan gedragspatronen tussen de patiënt en de therapeut.

Volgens hoogleraar Nils Opel van het Universitair Ziekenhuis van Jena ondersteunen verdere analyses deze hypothese: ”We vonden bewijs dat de negatieve effecten van narcisme gebaseerd zijn op een zwakkere therapeutische relatie.”

De auteurs beschouwen de bevindingen als een belangrijke bijdrage aan het begrip van narcistische persoonlijkheidskenmerken en hun integratie in de therapie van psychische stoornissen in het algemeen.

”Narcisme kan een relevante factor zijn voor de geestelijke gezondheid, wat kan leiden tot een minder effectieve psychotherapie,” zegt Mitja Back van de Universiteit van Münster. De onderzoekers raden daarom aan dat therapeuten zorgvuldig de narcistische neigingen van hun patiënten beoordelen en speciale aandacht besteden aan de therapeutische relatie.

Voor het volledige (Engelstalige) artikel: Narcissistic dimensions and depressive symptoms in patients across mental disorders in cognitive behavioural therapy and in psychoanalytic interactional therapy in Germany: a prospective cohort study (https://doi.org/10.1016/S2215-0366(23)00293-6)

Lees ook andere artikelen over narcisme (https://www.ggztotaal.nl/tp-29166-2/narcisme)

-----------------------------------------------------------------------------------------

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.

Abonneren kan direct via het inschrijfformulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html).

spiegel spiegel

Reacties
Reactie: (Guus Cruts)
19-10-2023, 14:08
Maar aan de andere kant, een evenwichtige dosis positieve zelfwaardering is toch juist weer goed voor onze geestelijke volksgezondheid?