Het moeizame proces om de zorg te (ont)regelen

”Om gezamenlijk te komen tot substantiële, duurzame verandering, bestaande regeldruk te verminderen en toekomstige regeldruk te voorkomen, is een lange adem nodig. Tegelijkertijd gaat het mij niet snel en niet ver genoeg. Mede om die reden heb ik de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving gevraagd om in een vervolg op hun eerdere advies ‘Blijk van vertrouwen – anders verantwoorden voor goede zorg’ na te denken over grotere, wellicht principiëlere stappen die de balans tussen vertrouwen en verantwoording verder kunnen verschuiven. Ik verwacht dit vervolgadvies na de zomer.”

Dat schrijft demissionair Minister Conny Helder in een brief aan de Tweede Kamer (https://open.overheid.nl/documenten/b273d548-32af-45a6-a9df-31fe0fd3a584/file).

De Minister schrijft dat het verminderen van de administratieve lasten langs vier lijnen gebeurt:

1 - Voorkomen regeldruk door (nieuwe) wet- en regelgeving van VWS: beleid dat beter werkt in de praktijk. Door het van te voren checken of (nieuwe) wet- en regelgeving een verzwaring meebrengt van de administratieve lasten, hoopt de Minister in de toekomst nieuwe onnodige regeldruk te voorkomen. Binnen de ggz is dat bijvoorbeeld gebeurd bij de evaluatie van de Wvggz.

2 - Landelijke maatregelen, waaronder voornamelijk de uniformering van inkoop- en verantwoordingseisen met betrekking tot de Zorgverzekeringswet vallen. Het gaat daarbij om onnodige urenregistraties, verschillen tussen verantwoordingseisen van de verschillende verzekeraars en gemeenten, etc.
Een door VWS te ontwikkelen overzicht van verplichte registratie-eisen vanuit overheidspartijen in de curatieve ggz staat nog op de rol.
Onder dit kopje vallen ook - opmerkelijk - de regeldruk veroorzaakt door beroepsgroepen zelf. De vraag is afkomstig van een motie van Joba van den berg (CDA), die vorig jaar verzocht voorbeelden in kaart te
brengen van administratieve lasten die beroepsgroepen zelf creëren, naar aanleiding van signalen dat bijvoorbeeld processen en verplichte overleggen van beroepsgroepen zelf ook tot ervaren regeldruk bij zorgverleners leiden. De Minister schrijft die signalen te herkennen, maar ziet geen noodzaak voor separaat onderzoek, ze zal hier in de gesprekken met beroepsgroepen aandacht voor vragen.

3 - De lokale aanpak. Veel aandacht in de brief is er voor het ondersteunen van zorginstellingen bij het
verminderen van regeldruk die in de eigen organisatie ontstaat. Voorbeelden zijn de training tot ontregelaar, een subsidieregeling voor lokale ontregelprojecten en het organiseren en ondersteunen van een netwerk van lokale ontregelaars.

4 - De inrichting van een laagdrempelig toegankelijk loket voor signalen, knelpunten en vragen.

Ondanks al deze maatregelen zijn de regeldruk en de administratieve lasten volgens de Minister in de praktijk nog niet wezenlijk verminderd.

De Minister concludeert dat uit onderzoeksresultaten afkomstig van het CBS in opdracht van VWS voor het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn (AZW)20. Dit onderzoek geeft inzicht in hoeveel tijd werknemers in zorg en welzijn besteden aan a) het registreren van informatie voor organisatie, management en/of beleid en b) verslaglegging over de verlening van zorg en/of ondersteuning aan cliënten.

Integraal Zorgakkoord

In het Integraal Zorgakkoord (IZA) is de ambitie uitgesproken dat de tijdsbesteding aan administratieve werkzaamheden in alle zorgsectoren in 2025 met 5%-punt daalt ten opzichte van 2020. De Minister zal dat aan de hand van bovenstaande cijfers monitoren.
Daarnaast geeft het CBS-onderzoek inzicht in hoeveel werkgevers in zorg en welzijn aangeven dat de werkdruk is toegenomen en welk deel daarvan aangeeft dat dit veroorzaakt wordt door regeldruk en administratieve lasten. Tot slot laat het onderzoek zien hoeveel werkgevers aangeven maatregelen te hebben genomen om administratieve processen te vereenvoudigen, respectievelijk om werkprocessen efficiënter vorm te geven.

Hoewel de Minister ’al tal van inspirerende voorbeelden ziet’ gaat het haar niet snel genoeg. Op kleine schaal wordt nu ’substantiële impact’ gemaakt, maar die is op grote schaal nog onvoldoende.
De Minister: ”Om de maatschappelijke opgave die er ligt het hoofd te kunnen bieden, is nodig dat we een spade dieper gaan, en als het ware uitstijgend boven alle lopende projecten en initiatieven reiken naar een hoger niveau in de aanpak.”
Dat klinkt of de Minister zelf aan zet is.

Lees hier de hele Kamerbrief (https://open.overheid.nl/documenten/b273d548-32af-45a6-a9df-31fe0fd3a584/file)

Lees ook andere artikelen over administratie in de ggz (en de overige zorg) (https://www.ggztotaal.nl/tp-29166-2/bureaucratie)

-----------------------------------------------------------------------------------------

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.

Abonneren kan direct via het inschrijfformulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html).

bureaucratie GGZ 3 bureaucratie GGZ 3