Op basis van een MRI-scan is de diagnose depressie niet te stellen

Het blijkt niet mogelijk om op basis van een MRI-scan de diagnose depressie te stellen. Onderzoekers van Amsterdam UMC keken met behulp van kunstmatige intelligentie naar scans van mensen met en zonder depressie. Onderzoeker Guido van Wingen: “We zien wel verschillen in hersenverbindingen bij patiënten met een depressie. Maar de verschillen met gezonde mensen zijn veel kleiner dan de verschillen tussen patiënten onderling.” De resultaten van het onderzoek zijn recent gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Molecular Psychiatry (https://www.nature.com/articles/s41380-023-01977-5)

Wereldwijd zijn er meer dan 163 miljoen mensen met een depressie en dit aantal stijgt jaarlijks. Kleinschalig onderzoek heeft inmiddels aangetoond dat MRI-scans zogeheten ‘biomarkers’ voor depressie kunnen herkennen. Maar het was nog onduidelijk of die biomarkers ook bruikbaar kunnen zijn om vast te stellen of iemand een depressie heeft.

Hersenactiviteit

De onderzoekers hebben gebruik gemaakt van de MRI-scans van in totaal 3.377 patiënten. Met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) vergeleken ze de hersenactiviteit in rust van mensen met een depressie met die van gezonde mensen. De onderzoekers vonden wel degelijk verschillen tussen de hersenverbindingen van mensen met een depressie en gezonde mensen, zoals verminderde verbindingen tussen een kwart van de hersengebieden. Zij zagen echter ook dat deze verschillen tussen mensen met en zonder een depressie zo klein zijn dat de patiënten onderling meer verschillen dan dat ze verschillen van gezonde mensen.

Hulpmiddel

Op basis van deze MRI-scans kan men met kunstmatige intelligentie geen duidelijk onderscheid maken tussen gezonde mensen en mensen met een depressie. Daarom is het ook niet mogelijk om een diagnose te stellen. MRI-scans zijn echter nog steeds waardevol bij de zorg voor mensen met een depressie, namelijk als hulpmiddel bij de behandelkeuze. Van Wingen: ”Met MRI kan wel goed onderscheid gemaakt worden tussen mensen met een depressie die wel of niet reageren op een behandeling.”

Thalamus

De onderzoekers zagen wel dat één hersengebied, de thalamus, juist sterkere hersenverbindingen heeft bij mensen met een depressie. Deze sterkere verbindingen zijn volgens de onderzoekers een neurofysiologisch kenmerk van depressie die mogelijk tot de ontwikkeling van nieuwe biomarkers kunnen leiden.

Bron: Molecular Psychiatry (https://www.nature.com/articles/s41380-023-01977-5), via Amsterdam UMC.

-----------------------------------------------------------------------------------------

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.

Abonneren kan direct via het inschrijfformulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html).

 

onderzoek ggz 2 onderzoek ggz 2