Het tekort van het teveel – de paradox van de mentale zorg

Johan Atsma recenseert het boek van Damiaan Denys

 

Het wringt in de geestelijke gezondheidszorg. Dat doet het al jaren. Damiaan Denys, filosoof en psychiater en werkzaam als hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam en het Amsterdam UMC vat in zijn boek ‘het tekort van het teveel’ de crisis in de GGZ als volgt samen: ”Er is een onbekwaamheid van overheden om de GGZ te organiseren, er is een onvermogen van de huidige wetenschap om een gepast antwoord te bieden op de vraag naar mentale hulp en er is een immense omvang van het lijden.”

Wereldwijd lijden er naar schatting een miljard mensen aan psychische klachten. Die crisis is volgens Denys extra intrigerend omdat de rijke landen daarmee het meeste worstelen. “Bij uitstek de ‘Western, Educated, Industrialised, Rich and Democratic’ (’Weird’) samenlevingen worden door de mentale crisis getroffen.”
Met die wetenschap richt Denys zijn vergrootglas op de geestelijke gezondheidszorg in Nederland en schrijft dit zeer leesbare en tot nadenken stemmende boek. Hij analyseert ons zorgstelsel, ons zorgaanbod en de zorgvraag diepgaand en kritisch in een opmerkelijk literaire stijl. Daarnaast benadert hij het begrip (ab)normaliteit op filosofische en analytische wijze. “Abnormaliteit is maatschappelijk uiterst relevant. Op basis van het onderscheid besluit de samenleving om zorg toe te kennen of te onthouden (medisch), om voorzieningen te verdelen (sociaal), om gedrag minder te bestraffen (juridisch), om minder of meer geld uit te keren (ethisch). Elke maatschappij heeft nood aan een duidelijk onderscheid tussen normaliteit en abnormaliteit, maar hoe definieert de samenleving abnormaliteit? Welke criteria gebruikt ze om de normaliteit van de abnormaliteit af te grenzen? Zijn ze objectief, geldig en betrouwbaar?”
Uitgebreid gaat Denys op dit vraagstuk in en hij laat daarbij de ggz natuurlijk niet onverlet. Hij eindigt dat hoofdstuk met de conclusie: “Normaliteit bestaat niet op zich. Ze is een intersubjectief concept dat wordt geboren uit de confrontatie tussen mensen en sterft zodra ze uit elkaar gaan. Abnormaliteit is geen eigenschap van een individu maar een vonk van frictie tussen individu en samenleving.”

In de hierop volgende analyse van het probleem worden stevige noten gekraakt: “we hebben de normaliteit verengd tot een smalle strook, waarop slechts een minderheid zich wankel staande kan houden. Wie buiten de functionaliteit valt is abnormaal”. Een mogelijke oplossing van de huidige problemen in de ggz verschuilt zich in de paradox dat we een teveel kennen dat een tekort veroorzaakt, “we willen teveel”. Denys bepleit een beperking van de ggz tot de zorg en de ggz te ‘ontzorgen’ van zingeving en geluk. Hij pleit voor een ontkoppeling van de (sociale) welzijnssector en de (psychische) zorgsector. Daarnaast, en daar maakt Denys in het gehele boek een punt van: ontvlecht normale psychische klachten en abnormale psychische stoornissen. De psychiater vervolgens is er uitsluitend voor de deskundige aanpak van die psychische stoornissen. Schoenmaker houdt je bij je leest geldt wat betreft Denys voor de psychiater die medische kennis en kennis van abnormale psychische stoornissen combineert. Een herwaardering van klinische expertise is gewenst! Al die andere zorgvragen horen thuis in het gebied waar zelden medische interventie wordt gevraagd. Dat is het terrein van de psychotherapie en de psychologie. Met die versimpeling kun je ook de marktwerking die volgens de overheid gewenst is in de zorg veel beter reguleren.

Ook in dit boek wordt kritisch geschreven over de rol van de verzekeraars. De term wantrouwen komt hier langs als sturend principe waar we vanaf moeten: “er wordt geregistreerd, geadministreerd, gecontroleerd en gereguleerd om de achterdocht te beheersen. Zolang het wantrouwen niet wordt uitgeroeid, zal het stelsel nooit tot rust komen en steeds meer geld en personeel absorberen. De vicieuze cirkel kan enkel worden doorbroken als alle zorgpartijen zich unaniem bereid verklaren elkaar te vertrouwen.”

Plaats de patiënt centraal en beperk de zorgvraag. Dat kan vanuit een andere visie op lijden en een andere houding. “Een verlangen naar te veel en een weigeren van te kort” is in een heel kleine notendop de kern van het probleem niet alleen in de GGZ maar ook in andere sociale domeinen. Damian Denys weet op inspirerende en eloquente wijze zijn boodschap aan de mens te brengen en levert daarmee een werkstuk af dat het verdient gelezen te worden en wellicht een aanjager wordt van een maatschappelijke discussie.

Een belangrijk boek…

 

Damiaan Denys: Het tekort van het teveel – De paradox van de mentale zorg.
Uitgeverij Nijgh & van Ditmar; 280 pagina’s inclusief noten; Prijs: 21.99 euro.
ISBN978 90 388 0739 3

(Deze recensie is eerder gepubliceerd op9 november 2020)

denys denys

Reacties
Reactie: (Bert Vendrik)
27-7-2021, 15:39
Met waardering las ik deze recensie. Wat ik als kritische opmerking wil maken is dat deze discussie over het tekort van het teveel reeds veel eerder door anderen zoals Trudy Dehue is aangesneden. Heeft Denys echt iets nieuws in deze discussie te melden? Dat lees ik niet in je recensie en hoor ik niet van Denys in interviews.