Soms is zelfs de wachtlijst onbereikbaar

Willem Gotink

Een paarse krokodil tussen de eerste en de tweede lijn

 

Als huisarts, of in mijn geval, als poh-ggz, moet je soms zoeken naar een geschikte plek waar iemand kan worden geholpen. Als dat lukt, betekent dat in de meeste gevallen dat iemand op een wachtlijst komt te staan. Soms weken, soms maanden. We raken er aan gewend. Irritanter wordt het als het zelfs niet lukt om iemand überhaupt op een wachtlijst te plaatsen. De oorzaak….?

Hij is een jaar of veertig en afkomstig uit een ver en warm land. Nederlands spreekt hij niet of nauwelijks, Engels slechts moeizaam, in ieder geval onvoldoende om therapie te volgen. Zijn psychische klachten zijn dusdanig, dat specialistische hulp gerechtvaardigd is. Ook als hij Nederlands zou spreken, zou het lastig zijn om zijn problemen op te lossen, maar niet onmogelijk.

Vanwege het taalprobleem overleg ik met I-Psy, in Amsterdam een onderdeel van de Parnassia Groep. In dat overleg lijkt de problematiek van mijn patiënt te passen bij het aanbod. Bovendien werkt I-Psy met (telefonische) tolken. Ik meld mijn patiënt aan, de wachttijd vangt aan.

Niet veel later komt er een brief, van I-Psy. “Op dit moment kunnen we uw patiënt geen intakemogelijkheid aanbieden. Onze wachttijd voor veel voorkomende problematiek (Common Mental Disorders) is voor een aantal van onze teams boven de treeknorm. We werken er hard aan om de wachttijd te verkorten. We adviseren uw patiënt contact op te nemen met de afdeling zorgbemiddeling van de eigen zorgverzekeraar voor het vinden van passende en tijdige zorg voor uw patiënt.”

Telefonisch zegt I-Psy dat de afspraak met zorgverzekering Zilveren Kruis Achmea is, dat de verzekering in gevallen als deze een andere aanbieder gaat zoeken. Mijn patiënt wordt daarom van de wachtlijst afgehaald.
Omdat de communicatie tussen patiënt en de zorgverzekering niet heel soepel lijkt te verlopen, bel ik zelf. Na diverse keuzemenu’s (‘voor ggz toets 3’) en uitleg (‘Oh, daar weet ik niets van?’) spreek ik met de zorgcoach af dat zij een andere aanbieder gaat zoeken.

Dat lukt. Mijn patiënt wordt gebeld met de mededeling dat de huisarts hem kan doorverwijzen naar ‘Leven en Zorg’, een andere aanbieder in de regio die ook veel met migranten werkt. Ik zet de verwijzing om, maar ik ben de afgelopen jaren ook wijs geworden. Een week later bel ik ‘Leven en Zorg’ met de vraag of de verwijzing akkoord is.

Ja en nee. De verwijzing is binnengekomen, maar ‘Leven en Zorg’ werkt niet met tolken, bovendien is de wachtlijst veel (véél) langer dan de Treeknorm en kan oplopen tot een jaar. Dus bel ik Zilveren Kruis weer (“Voor ggz, toets 3”. “Heeft u toestemming van de cliënt om te overleggen? Nee? Dan kan ik u niet verder helpen”).
De zorgcoach belooft opnieuw te gaan bemiddelen. Inderdaad komt een week later het advies: mijn patiënt  kan worden aangemeld bij… I-Psy!

Terug naar I-Psy. Na een aantal mensen in de hiërarchie te hebben gesproken mag ik opnieuw aanmelden, maar “ik kan niet garanderen dat wij niet opnieuw afwijzen”. “Maar de zorgverzekering zegt….?” I-Psy blijkt ‘van hogerop’ opdracht te hebben gekregen deze procedure aan te houden, volgens mijn gesprekspartner. Meer kan hij er niet over zeggen.

Opnieuw bel ik de zorgverzekering (“Voor ggz, toets 3”. “Heeft u toestemming van de cliënt om te overleggen?” “Jáhá!”). De zorgcoach zegt navraag te doen en belt me terug met een nieuwe aap uit de mouw: het ligt aan de inspectie!! Die heeft I-Psy opdracht gegeven de wachtlijst beheersbaar te houden en voor iedereen die niet per se bij I-Psy hoort, een andere plek te regelen. Dat wil in dit geval zeggen: terug te sturen naar de zorgverzekeraar. Omdat alleen een taalprobleem onvoldoende indicatie is voor I-Psy, komt hij daar niet in behandeling. Aldus het Zilveren Kruis na navraag bij I-Psy.

Tijdsinvestering van mijn kant tot nu toe: een slordige drie uur. Oplossing: nog niet voorhanden.

Willem Gotink is praktijkondersteuner ggz én hoofdredacteur van GGZ Totaal. Een enkele keer combineert hij die twee functies.


Naschrift:

We hebben de ParnassiaGroep, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en Achmea Zilveren Kruis per mail gevraagd op deze casus te reageren. Hieronder de reacties van de ParnassiaGroep en het Zilveren Kruis. De Inspectie heeft niet gereageerd.

Het Zilveren Kruis schrijft dat de IGJ n deze geen rol heeft en gaat er van uit dat dit dus niet door het IGJ gezegd is. Mogelijk is er gewezen op de toezichthouder, de NZa. Zonder klantgegevens is dat niet te achterhalen.
Het Zilveren Kruis wijst er verder op dat het landelijke afspraken betreft tussen alle partijen en niet een specifieke afspraak tussen I-Psy en Zilveren Kruis. De afspraken over treeknormen en het (actiever) wijzen op zorgbemiddeling bij de zorgverzekeraar passen ook in het actieplan wachttijden GGZ dat onlangs door de GGZ, patiëntenvereniging, sociale werk Nederland en zorgverzekeraars aan staatssecretaris Blokhuis is gestuurd. Mensen die langer dan de treeknorm moeten wachten wordt actief gewezen op zorgbemiddeling, instellingen gaan meer inzicht geven in wachtlijsten en er wordt regionaal gekeken naar oplossingen.

De persvoorlichter van de ParnassiaGroep: “Onze werkwijze is (samengevat): als we zien dat de treeknorm (wachttijd van 4 weken voordat het intakegesprek plaatsvindt) wordt overschreden, we de patiënt een alternatief bieden. Hiervoor is een transfertafel in het leven geroepen waarbij zorgverzekeraars samen met zorg aanbieders in de regio ervoor zorgen dat patiënten snel passende zorg krijgen. Zo heeft iedere regio een transfertafel (in oprichting).
In Amsterdam is een transfertafel in oprichting. Wanneer een patiënt zich aanmeldt in Amsterdam en de wachttijd loopt op tot voorbij de treeknorm, dan vraagt I-Psy de patiënt om contact op te nemen met de afdeling zorgbemiddeling van desbetreffende zorgverzekeraar. De afdeling zorgbemiddeling weet precies welke zorgaanbieders actief zijn in en rond Amsterdam en kan een patiënt snel toeleiden naar passende zorg bij een andere zorgaanbieder, die de behandeling sneller kan starten. Over onze wachttijden aanpak en doorgeleiding naar andere zorgaanbieders (al dan niet via zorgbemiddeling) hebben we goed contact met Zilveren Kruis Achmea.

Zilveren Kruis heeft de patiënt doorgeleid naar ‘Leven en Zorg’, maar wordt blijkbaar daar afgewezen omdat deze instelling geen tolken inzet. De inzet van een tolk mag echter geen reden zijn om een patiënt af te wijzen. Dit zien we helaas veel gebeuren, omdat het inzetten van tolken niet wordt vergoed (ook bij ons niet). Maar dat weerhoudt i-psy niet om tolken te gebruiken.

Het gevoel ‘van het kastje naar de muur’ te hebben is voor patiënt en verwijzer erg vervelend. Omdat lang wachten op een behandeling psychische problemen verergeren, stellen I-Psy en Zilveren Kruis zich actief op om een behandeling te vinden bij andere zorgaanbieders, waardoor de patiënt eerder met een behandeling kan starten.

Het zou fijn zijn als in de regio Amsterdam alle zorgaanbieders zo snel mogelijk met elkaar in gesprek gaan aan de transfertafel om deze afstemming te bespreken en gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor de grote groep wachtenden te nemen.”

wachtrij wachtrij