Rechter beslist steeds vaker over gedwongen opname

De rechter wordt steeds vaker gevraagd te beslissen over gedwongen opname van mensen die een gevaar vormen voor zichzelf of hun omgeving. Dat schrijft de Raad voor de Rechtspraak.
Vorig jaar oordeelde de rechter ruim 27 duizend keer over dit soort ‘bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen’ (BOPZ). Het aantal verzoeken is hiermee 2 procent gestegen in vergelijking met 2017 en maar liefst 66 procent ten opzichte van 2008, toen het aantal verzoeken ruim 16 duizend bedroeg.

Gevaar

Iemand die door een geestelijke stoornis een gevaar vormt voor zichzelf of voor zijn omgeving, kan onder bepaalde voorwaarden gedwongen worden opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. In de Wet BOPZ staat hoe dit moet gebeuren. De rechter beslist of een gedwongen opname gerechtvaardigd is.

In het merendeel van de gevallen vraagt een officier van justitie de rechter eerst om toestemming voor een opname. In een noodsituatie kan een burgemeester een zogenoemde inbewaringstelling (ibs) gelasten. Van een noodsituatie is sprake als een deskundige (bijvoorbeeld een psychiater) verklaart dat iemand een acuut gevaar vormt voor zichzelf, anderen of zijn omgeving. Een rechter beslist vervolgens binnen 3 dagen of deze inbewaringstelling moet worden verlengd.

Bron: Raad voor de Rechtspraak (https://www.rechtspraak.nl)

 

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief die tweemaal per maand verschijnt dan iets voor jou! Opgeven van je mailadres is voldoende.
Abonneren kan direct via het inschrijffomulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html)

wetgeving GGZ wetgeving GGZ