Jeugdzorg Drenthe; 'de kosten rijzen de pan uit'

De twaalf Drentse gemeenten gaan samen met vijf grote aanbieders van jeugdzorg bekijken hoe het kan dat de kosten de pan uitrijzen en het aantal jongeren met problemen toeneemt, meldt het Dagblad van het Noorden (https://www.dvhn.nl/drenthe/Tien-procent-Drentse-jongeren-klopt-aan-bij-jeugdzorg-kosten-rijzen-de-pan-uit-24092389.html?harvest_referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F). 

Komende vrijdag ondertekenen de zeventien partijen het zogeheten ‘bestuurlijk transformatieakkoord jeugd Drenthe’. Een belangrijk onderdeel daarvan is een analyse die duidelijkheid moet verschaffen over de kostenoverschrijdingen. Maar ook hoe het kan dat steeds meer Drentse jongeren (duurdere en zwaardere) hulp krijgen van zorgorganisaties. De gemeenten willen weten of dat altijd wel nodig is.

Analyse 

De grootste vijf jeugdzorgaanbieders – Accare, Ambiq, Cosis, GGZ Drenthe en Yorneo – gaan samen met de gemeenten die analyse maken. ,,Om te zien: wat gebeurt er nou precies en hoe kan dat beter’’, zegt wethouder Harmke Vlieg van Assen.

Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdzorg. Het idee was dat gemeenten dichterbij staan dan het Rijk en goedkoper hulp kunnen bieden. Inmiddels hebben vrijwel alle Drentse gemeenten grote tekorten op deze post. In Emmen gaat het over 6,3 miljoen euro, in Assen 5,5 miljoen, Meppel moet 1,6 miljoen euro bijpassen en de gemeente Aa en Hunze ziet een tekort van ruim een miljoen euro. ,,Nu kunnen wij dat nog opvangen’’, vertelt wethouder Co Lambert van de gemeente Aa en Hunze. ,,Maar er komt een moment dat we moeten zeggen: we kunnen dit niet meer betalen. En dan moeten we nee verkopen aan hulpbehoevende jeugd.’’ Het is volgens Lambert juist daarom essentieel dat die analyse nu plaatsvindt. Juist om te voorkomen dat er zo’n nee-moment komt.

Hoog percentage

In geen enkele provincie is het percentage jongeren dat in aanraking komt met jeugdzorg zo hoog als Drenthe (10,1 procent). In Assen ligt dat percentage zelfs op 15 procent, vertelt Vlieg. ,,We hebben nu al wel een praktijkondersteuner bij alle huisartsen in Assen geplaatst. We merkten dat huisartsen namelijk snel de neiging hebben om door te verwijzen naar de jeugdzorg. De praktijkondersteuner kan dan als buffer optreden.’’

De wethouders Robert Kleine (Emmen) en Vlieg zeggen dat het ook een maatschappelijke discussie betreft. ,,Vroeger was een druk kind gewoon druk. Tegenwoordig krijgt die een stempel en wordt er gemedicaliseerd’’, zegt Kleine. Volgens hem spelen sociale media een grote rol. ,,Ouders en kinderen krijgen perfecte beelden over zich uitgestort. Ik kan me voorstellen dat een vader of moeder dan af en toe denkt: doe ik het wel goed bij mijn kind? En dan informeert bij een aanbieder van jeugdzorg.’’

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op het gratis magazine dan iets voor jou! Abonneren kan direct via het inschrijffomulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html)