‘Uitdagingen waar naasten zich voor gesteld zien zijn soms onvoorstelbaar groot’

Door: Jettie Zijlstra 

De familievertrouwenspersoon aan het werk.

 

Voor de meeste ggz instellingen, en deels ook in het sociaal domein, werken familievertrouwenspersonen. Doordat de functie relatief kort bestaat, is er vrij veel onbekendheid met het bestaan van of de inhoud van het werk van de familievertrouwenspersoon (hierna: fvp). 

Waar geestelijke gezondheidszorg wordt geboden is (of was) ook een netwerk; de partner, kinderen, ouders, broers, zussen, verdere familie, collega’s, vrienden. Al deze naasten kunnen een beroep doen op de fvp wanneer zij vragen, zorgen of klachten hebben over de behandeling.

Niet altijd bevindt deze groep mensen, die de context om de cliënt heen vormt, zich voldoende in het zicht van de hulpverlener. Of, wanneer dit wel het geval is, zijn er soms de nodige uitdagingen in de samenwerking. De fvp is onafhankelijk (en niet in dienst van de instelling), goed bereikbaar en goed op de hoogte van de ggz. Het werk bestaat uit: informeren, adviseren, de rol in de triade helpen invullen (empowerment), de weg wijzen, informeren, verwijzen naar voorzieningen en (familie)organisaties, helpen bij klachtenprocedures en signaleren binnen de organisatie. Het palet van de fvp is veelkleurig, zoveel is duidelijk.

 

Machteloos de situatie zien verslechteren. 

Naasten lijden vaak niet alleen onder de impact van de ziekte, maar de situatie wordt nog verzwaard doordat zij in de wereld van de ggz tegen onzichtbare muren oplopen, en zichzelf niet gehoord en gezien weten en ondertussen machteloos de situatie van hun naaste zien verslechteren. 

Er is op verschillende plekken binnen de ggz nog een behoorlijke kloof tussen theorie en praktijk te overbruggen. Op websites en in de uitgedragen behandelmethodieken (IHT, RACT, FACT, ART) heeft de naaste een belangrijke rol in de triade. Ik ben inmiddels gestopt met tellen hoe vaak de opmerking over: “het staat zo mooi op de website!” werd gemaakt, gevolgd door een lawine aan frustraties over wat er zo gemist werd. 

Het werk van de fvp begint vrijwel altijd met luisteren. Ik zelf maak altijd veel tijd vrij voor een eerste gesprek. Soms is er decennialange ervaring met hulpverlening in de ggz. Er zijn dan vaak periodes geweest waarin de samenwerkingsrelatie heel goed was, opgevolgd door vele veranderingen waarin de samenwerkingsrelatie zich minder goed ontwikkelt. De wisselingen van behandelvisies en behandelaren werken daarin belemmerend. De moeder die in de opvoeding ‘schizogeen’ zou zijn, de ouders die hulp zoeken voor hun kind en wel allerlei ongevraagde en ongepaste opvoedadviezen kregen, maar niet de gevraagde hulp voor hun jonge kind. Ouders die contact zochten met de behandelaar om hun signalering van toenemende ontregeling te delen, en vervolgens het advies kregen om afstand te nemen, omdat het symptoom (de veranderingen in de interactie tussen ouders en volwassen kind) werd aangezien voor het probleem. Geconfronteerd met allerlei herstel-belemmerende gevolgen van de toenemende ontregeling (baanverlies, vrienden die afhaken, schulden, deurwaarders dreigende huisuitzetting, om wat te noemen), en intussen geen contact met de hulpverlening mogen opnemen, omdat de cliënt de toestemming om naasten te informeren heeft ingetrokken.

 

Vraag van hulpvrager staat centraal 

Een ouder merkte eens op dat er voor allerlei opvoed- en gezondheidssituaties wel een cursus te vinden is, maar wanneer je naaste herhaalde ernstige suïcide-pogingen doet, je met lege handen staat. 

Alleen al een vraag als: ‘hoe is het nu met jou?’ of: ‘hou je het nog vol?’ aan een naaste kan een wereld van verschil maken. Luisteren mag namelijk altijd, net als het geven van algemene informatie. Professionals hebben zoveel kennis en kunde om te delen, het is zo jammer als dat achterwege blijft. 

Bemiddeling door de fvp kan in dan zorgen voor een verbetering van het contact, er kunnen goede afspraken worden gemaakt. De vraag van de hulpvrager staat centraal. Vanuit die vraag maken we samen een plan. Ik vind het altijd belangrijk dat de hulpvrager zelf zoveel mogelijk de regie heeft in dit traject, en denk zo goed mogelijk mee om het plan zo haalbaar mogelijk te laten zijn, en help het zo soepel mogelijk uit te voeren. Gelukkig lukt dit heel vaak ook, en ontstaat er een goed werkende triade. De uitdagingen waar de naasten zich dag-in-dag-uit voor gesteld zien zijn soms zo onvoorstelbaar groot. Het is belangrijk dat zij zich niet alleen door de fvp, maar vooral door de ggz professional gehoord en gezien weten. 

Er zijn ook veel voorbeelden te noemen, waarbij de samenwerking in de triade effectief is. De veranderingen in de zorg, waarbij de focus meer op maatschappelijk herstel komt te liggen, brengt ook een herpositionering voor cliënt, netwerk en hulpverlener.

 

Tips voor zorgverleners

Tot slot wil ik zorgverleners een paar tips geven die bijdragen aan je contact met familie.

Tip 1: Zeg wat je wel kunt (luisteren, algemene informatie, ook over omgaan met een naaste met een psychiatrische aandoening, i.p.v. wat niet kan.

Tip 2: Geef aan het begin van iedere behandeling aan dat je het niet alleen kunt, welke naaste wil de cliënt meenemen? Broer, zus, vriend(in), ouder. En blijf dit doen. Er zijn heel goede inhoudelijke argumenten om dit te doen. De problemen zijn binnen een context ontstaan, en kunnen niet geïsoleerd daarvan worden opgelost. Niet of, maar welke naasten betrokken worden dus.

Tip 3: Neem de tijd om te luisteren naar naasten, en organiseer veel mogelijkheden om elkaar te ontmoeten. Praat niet over, maar met elkaar.

Tip 4: Organiseer goede ondersteuning van mantelzorgers.

 

Jettie Zijlstra is familievertrouwenspersoon
Familie en naasten kunnen voor advies en bijstand contact opnemen met de onafhankelijke familievertrouwenspersoon. T:0900-3332222 of www.lsfvp.nl (http://www.lsfvp.nl) of familieindeggz@lsfvp.nl (mailto:familieindeggz@lsfvp.nl).

 

mantelzorg mantelzorg