Familiegeschiedenis met psychiatrische stoornissen vergroot kans op postnatale depressie

Volgens recent onderzoek hebben vrouwen waarbij een psychiatrische stoornis in de familiegeschiedenis voorkomt bijna twee keer zoveel kans op een postpartum depressie (ook wel: postnatale depressie) als vrouwen zonder een dergelijke familiegeschiedenis. De familiegeschiedenis van psychiatrische stoornissen is dan ook een sterke risicofactor voor postpartum depressie.

Dat is de conclusie van een meta-analyse van 26 onderzoeken uit vijf continenten met informatie over 100.877 vrouwen. Het meta-onderzoek werd geleid door Mette-Marie Zacher Kjeldsen, Master of Science aan de universiteit van Aarhus (Denemarken). Een artikel hierover verscheen recent online in JAMA Psychiatry (https://jamanetwork.com/journals/jamapsychiatry/article-abstract/2795506).
Idealiter kan de postpartum depressie al tijdens de zwangerschap worden herkend door middel van zelfrapportage, zodat tijdige en gerichte preventieve initiatieven mogelijk zijn.

‘Niet gedoemd om een postpartum depressie te ontwikkelen’

Bij de conclusies van het onderzoek moet aangetekend worden, dat het risico van een postpartum depressie bij deze groep weliswaar hoger is dan gemiddeld, maar dat vrouwen met een psychiatrische familiegeschiedenis niet het gevoel moeten hebben dat ze ‘dus’ een postpartum depressie zullen ontwikkelen. Naar aanleiding van het onderzoek zegt Polina Teslyar, psychiater in Boston, tegen het online magazine MD edge (https://www.mdedge.com/): ”Je hebt nog steeds meer kans om géén postpartum depressie te hebben, maar het is belangrijk om je bewust te zijn van persoonlijke risicofactoren, zodat iemand eerder hulp vraagt als dat nodig is, in plaats van niet te weten wat er mis is”. Zij ziet in haar eigen praktijk inderdaad dat vrouwen met een familiegeschiedenis met psychiatrische stoornissen meer risico lopen op een postpartum depressie.

Het verband lijkt vanzelfsprekend, aldus Teslyar, maar de literatuur over het waarom is niet eenduidig. Waarschijnlijk spelen zowel genetische als sociaaleconomische factoren een rol. Het is moeilijk te bepalen hoe groot de rol van elke factor daarbij is.

In haar praktijk, waar ze veel werkt met psychische problemen rond zwangerschap en geboorte, ziet ze vrouwen al vóór de zwangerschap om risicofactoren voor postpartum depressie te bespreken. Ze vraagt dan ook naar de familiegeschiedenis van psychiatrische stoornissen, vooral naar de geschiedenis van postpartum depressie en angst.

Preventie

De onderzoekers adviseren om binnen de standaardzorg rondom de bevalling de vraag aan de orde te laten komen of er sprake is van een psychiatrische stoornis, óf bij de cliënt, of in de familiegeschiedenis. ”Omdat de beoordeling zelfs vóór de conceptie mogelijk is, zou dit tijd geven voor het plannen van preventieve inspanningen, zoals psychosociale en psychologische interventies gericht op deze risicogroep”, schrijven de auteurs.

Teslyar merkt daar wel bij op dat een van de uitdagingen bij het vragen naar familiegeschiedenis is, dat families mogelijk niet openlijk details over de psychiatrische geschiedenis delen met nakomelingen. Familieleden kunnen ook aandoeningen melden waarvan zij vermoeden dat een familielid er aan leed in plaats van een, door een professional vastgestelde diagnose te hebben: “op plaatsen waar universele gezondheidszorg is, is het vinden van gedocumenteerde diagnoses gemakkelijker, maar verder ’vaar je echt op een subjectieve interpretatie”.

Kanttekeningen en verklaringen

Uit het onderzoek komt niet naar voren hoe de specifieke diagnoses van familieleden het risico op het ontwikkelen van een postpartum depressie beïnvloeden, omdat veel van de gegevens uit de onderzoeken afkomstig zijn uit zelfrapportage en de vragen in de 26 onderzoeken niet consistent zijn. Zo vroegen slechts 7 studies specifiek naar eerstegraads familieleden, 10 vroegen er naar specifieke diagnoses. Die diagnoses varieerden van milde affectieve stoornissen tot ernstig niet-affectieve stoornissen, zoals schizofrenie.

Hoewel de onderzoekers zich niet gericht hebben op de vraag waarom de familiegeschiedenis en het risico op een postpartum depressie verband lijken te houden, geven ze toch enkele mogelijke verklaringen.
Zo veronderstellen ze dat opgroeien in een omgeving met ouders die kampen met psychische problemen mogelijk invloed heeft op de sociale steun die deze ouders krijgen als ze moeder worden. Er zijn aanwijzingen die deze veronderstelling ondersteunen, namelijk dat gebrek aan sociale steun een belangrijke risicofactor is voor een postpartum depressie.

Volgens de auteurs ervaren ongeveer 10% -15% van de nieuwe moeders een postpartum depressie, maar Teslyar denkt dat de cijfers in de Verenigde Staten doorgaans oplopen tot 20% -30%. Een postpartum depressie varieert van milde tot ernstige depressieve episodes en omvat symptomen zoals die voor ernstige depressie buiten de postpartum periode.

Bron: JAMA Psychiatrie (https://jamanetwork.com/journals/jamapsychiatry/article-abstract/2795506)

Lees meer over de postpartum depressie bij het Trimbos Instituut (https://www.trimbos.nl/kennis/depressiepreventie/zwangerschap-en-depressie/)

Lees hier eerdere artikelen over de postpartum depressie (https://www.ggztotaal.nl/tp-29166-2/postnatale%20depressie)

-----------------------------------------------------------------------------------------

Vind je dit interessant? Misschien is een abonnement op de gratis nieuwsbrief dan iets voor jou! GGZ Totaal verschijnt tweemaal per maand en behandelt onderwerpen over alles wat met de ggz te maken heeft, onafhankelijk en niet vooringenomen.

Abonneren kan direct via het inschrijfformulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), opgeven van je mailadres is voldoende. Of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html).

zwanger zwanger