Van Rijn: Wet langdurige zorg nóg niet toegankelijk voor de GGZ

Staatssecretaris Martin van Rijn neemt geen besluit over het toelaten van GGz-cliënten in de Wet langdurige zorg (Wlz). Maar laat het over aan een nieuw kabinet, die deze keuze kan maken op basis van meer onderzoek en uitzoekwerk. Dit laat hij weten in een vandaag verstuurde brief aan de Tweede Kamer. Zij vragen al sinds 2014 om duidelijkheid over deze groep mensen, die behoefte heeft aan langdurige zorg en ondersteuning.

Onderzoek

Sinds de invoering van de Wlz wordt er gewerkt met zogeheten grondslagen. Dit houdt in dat mensen alleen met bepaalde ’beperkingen’ toegang krijgen tot de Wlz en daarmee tot langdurige zorg. Deze grondslagen zijn er alleen voor de ouderenzorg (somatisch en psychogeriatrische beperking) en gehandicaptenzorg (verstandelijke, lichamelijke of zintuigelijke beperking). En niet mensen die langdurig in geestelijke gezondsheidszorg (GGz) nodig hebben, wel of niet in een instelling.

Onderzoeksbureau HHM heeft onderzocht hoeveel mensen recht zouden hebben op een Wlz-indicatie als het ook voor de GGz zou gelden. Zij komen uit op een groep tussen de 11.750 en 16.250 mensen. En vermelden dat dit realistische getallen zijn, omdat het uitgevoerde onderzoek representatief is voor de groep mensen die te maken hebben met geestelijke gezondheidszorg.

Nu nog geen besluit

Vanwege dit onderzoek wil de staatssecretaris nog geen besluit nemen om de Wlz open te stellen voor de GGz. Het besluit zal namelijk niet alleen voor mensen gevolgen hebben, maar ook betekenen dat verschillende budgetten verschoven moeten worden. Waar mensen nu nog onder de Wmo of zorgverzekeraar vallen, kan dat zomaar veranderen. Daarom heeft de staatssecretaris om meer onderzoek gevraagd. Zodat een volgende kabinet de juiste keuze kan maken. Dit kan volgens hem nog twee jaar duren.

Wat hebben mensen nodig?

Het is heel goed dat er wordt gekeken naar mogelijkheden om mensen toe te laten tot de Wlz. Het is immers een zorgwet voor mensen die 24 uur zorg en ondersteuning onder toezicht nodig hebben. Dat kan ook als je te maken hebt met geestelijke gezondheidszorg. Maar er gebeurt iets vreemds in deze discussie. Er wordt namelijk alleen naar de regels gekeken en procedures gekeken. Om systemisch te regelen dat mensen zorg krijgen.

Maar waar hebben deze mensen behoefte aan? Komen ze op dit moment tekort? Wordt dit anders als ze onder de paraplu van de Wlz vallen? En hoe weten we dat zo zeker? Aan de ene kant schuift de staatssecretaris de beslissing voor zich uit. Aan de andere kant roepen organisaties direct dat ’mensen in de kou staan’. Omdat ze niet onder de grote paraplu vallen.

De vraag moet zijn wat mensen nodig hebben om hun leven te kunnen leiden zoals ze dat zelf willen vormgeven. Dat kan met ondersteuning vanuit de Wmo of Zvw, maar ook vanuit de Wlz. De vraag moet daarin leidend zijn. En vanuit de overheid moet daar ook ruimte voor geboden worden. We willen namelijk allemaal ’maatwerk’; zorg en ondersteuning vormgegeven naar ieders wens en behoefte. Daar moeten dan ook de mogelijkheden voor zijn.

Het is daarom goed dat deze discussie wordt gevoerd. Maar bekijk altijd vanuit het perspectief van de mens. En maak het systeem dienend aan die mens. Alleen dan kan je toewerken naar waarde-volle zorg.

Bron: LOC (http://loc.nl/nieuwsberichten-LOC/van-rijn-wet-langdurige-zorg-nog-niet-toegankelijk-voor-de-ggz)

 

Vond je dit interessant? Misschien is een abonnement op het gratis maandelijkse e-magazine dan iets voor jou! Abonneren kan direct via het inschrijffomulier (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89775/pagina/abonneren.html), of kijk eerst naar de artikelen in de vorige magazines (http://www.ggztotaal.nl/pg-29166-7-89779/pagina/e-magazine.html)

*picjumbo.com_IMG_3725 *picjumbo.com_IMG_3725

Reacties
Reactie: (Andre Rhebergen)
30-6-2017, 11:12
Het zou inderdaad zo moeten zijn dat het niet uitmaakt via welke wet of welk systeem je de juiste zorg krijgt. Helaas is gebleken dat het via de WMO vaak niet mogelijk is de goede zorg te krijgen als je vanwege GGZ problematiek levenslang bent aangewezen op een beschermde woonomgeving. En dat komt niet in het minst omdat de WMO niet heeft geleid tot het centraal stellenn van de vraag, maar vooral veel kleine systeempjes heeft geproduceerd, met in ieder gemeentelijk systeem een eigen afweging en beoordeling. En zelden is daarbij het belang van de client leidend.